Mist en verlichting: hoe zat dat ook alweer?

Vooral in het najaar, voorjaar en in de winter kun je te maken krijgen met (dichte) mist. Als weggebruiker zie je minder, maar je bent zelf ook minder goed zichtbaar voor andere weggebruikers. Het is belangrijk om hier rekening mee te houden tijdens het rijden. Zo is het voeren van de juiste verlichting erg belangrijk. Maar wanneer voer je mistverlichting en hoe zet je dit aan? We zetten het hier voor je op een rijtje.

Wanneer is het toegestaan je mistverlichting te gebruiken?

• Mistlampen aan de voorkant mogen aan bij minder dan 200 meter zicht. Dit geldt bij mist, maar ook door slecht zicht bij regen of bijvoorbeeld sneeuw.
• Mistlampen aan de achterkant mogen aan als het zicht minder dan 50 meter is.
• Bij mistbanken met meer dan 200 meter zicht, gebruik je het dimlicht en nooit groot licht.

Hoe doe ik mistverlichting aan?

Veel relatief nieuwe auto's hebben een automatische verlichting en dagrijverlichting. Deze systemen houden geen rekening met mist en daarnaast gaan bij dagrijverlichting vaak alleen de voorlampen aan. Als het mistig is, is zo'n auto van achteren dan slecht zichtbaar. Voer dus bij mist overdag dimlicht in plaats van dagrijverlichting.

Automatische verlichting gaat bij mist overdag helemaal niet aan, omdat het buiten licht is. Ook daarmee ben je slechter zichtbaar. Dus automobilisten met automatische dagrijverlichting: schakel het dimlicht handmatig in.

Ook is het verstandig om vooraf te weten waar in jouw auto de mistverlichting zit, zodat je deze op tijd kunt aan- en uitzetten.

Het is belangrijk dat je de mistlampen weer uitzet wanneer de mist opklaart. Het voorkomt dat je medeweggebruikers op de snelweg door het felle licht gehinderd worden. Daarnaast kan het je een boete opleveren als je onnodig met deze verlichting (mistlampen) rijdt.

Wat kan ik als weggebruiker nog meer doen tijdens mist?

Tijdens het rijden in de mist, is het belangrijk om voldoende afstand te houden. Voorgangers kunnen minder goed zichtbaar zijn en meer afstand, geeft je meer tijd om tijdens een plotselinge remactie te corrigeren.

Ook adviseren we om voor vertrek je ramen en spiegels goed schoon te maken en ervoor te zorgen dat er geen condens in de auto zit. Dit kan je zicht extra belemmeren.

Wees extra alert tijdens het rijden in de mist tijdens koude temperaturen. Als het mistig is en dit aan de grond vriest, kan de weg glad zijn.

Bij zicht minder dan 200 meter, waarschuwen wij weggebruikers in onze actuele verkeersinformatie. Deze waarschuwing komt op allerlei manieren bij de weggebruiker terecht. Daarnaast kan het zijn dat we vanwege de veiligheid spitsstroken sluiten. Wat we nog meer doen en hoe de samenwerking met het KNMI gaat, kun je hier lezen. 

Je doet er onder alle weersomstandigheden goed aan om voor vertrek de actuele verkeers- en weersituatie te checken, zodat je niet voor verrassingen komt te staan.