Een verkeersstop is een maatregel die weginspecteurs toepassen om verkeer rond werkzaamheden of een incident, bijvoorbeeld een voorwerp op de weg, voor een korte tijd stil te zetten. Denk aan werkzaamheden die we snel moeten uitvoeren, zoals onderhoud aan matrixborden, het plaatsen van wegbewijzeringsborden of bij dieren op de weg. Ook bij of na incidenten kan de weginspecteur het verkeer tijdelijk stilzetten door een stopteken te geven. Zo kunnen bergingsvoertuigen of andere hulpdiensten veilig vertrekken.
Een verkeersstop is strak geregisseerd. Vooraf is er contact met de verkeerscentrale en kijken we of het verantwoord is om de weg af te sluiten. Zo ja, dan gaan twee weginspecteurs de weg op. Het stilzetten van het verkeer is een gevaarlijke klus en daarom rijdt één van de weginspecteurs vooraan om het verkeer af te remmen.
De tweede weginspecteur rijdt achteraan om aankomend verkeer te waarschuwen. Dat doen ze met informatiepanelen op de auto’s van de weginspecteurs, waarop te lezen is dat weggebruikers moeten volgen en uiteindelijk moeten stoppen. Als de verkeersstop is afgelopen, geven de weginspecteurs dit ook op het informatiepaneel aan. Zij rijden dan weg en voeren geleidelijk de snelheid op.
We zetten een verkeersstop in als het noodzakelijk is. Een korte omleiding is natuurlijk eenvoudiger, maar als deze door een dorpskern of stad moet, is de verkeersstop een betere optie. We maken altijd de afweging wat het beste is voor de doorstroming én de veiligheid op de weg.
In deze video laten we een verkeersstop zien.